In Nederland kampt 20% van de mensen met slaapproblemen. Daarvan slaapt 10% regelmatig slecht. Vooral vrouwen hebben hier vaker last van.

Bij apneupatiënten komt slapeloosheid (insomnie) regelmatig voor: ongeveer een derde heeft hier ook mee te maken. Chronische slapeloosheid wordt vastgesteld als je minstens drie maanden, drie keer per week slecht slaapt. Dit kan inhouden dat je moeilijk in slaap valt, vaak wakker wordt of te vroeg wakker bent.

Onderzoek
Er is steeds meer onderzoek naar de combinatie van slaapapneu en slapeloosheid. Beide aandoeningen hebben klachten zoals moeite met doorslapen, vermoeidheid, concentratieproblemen en prikkelbaarheid.

Het behandelen slaapapneu alleen is vaak niet voldoende. De slapeloosheid wordt dan niet aangepakt en de klachten blijven.

COMISA
Slaapapneu kan zelf een slechte nachtrust veroorzaken door ademstops, snurken of het gevoel van ademnood. Dat verhoogt angst en alertheid.
Andersom kan slapeloosheid leiden tot apneu door onstabiele slaap en ademhaling. Het aanpakken van slapeloosheid gebeurt bij voorkeur zonder slaapmiddelen, die de klachten kunnen verergeren. Cognitieve gedragstherapie is effectiever.
De combinatie van slaapapneu en slapeloosheid (COMISA) versterkt de klachten. Met als gevolg psychische problemen en hart- en vaatziekten.

Aanpak

De aanpak hangt af van de belangrijkste oorzaak van de klachten. Soms wordt eerst slaapapneu behandeld, soms slapeloosheid. Of beide tegelijk.
Gespecialiseerde slaapcentra kunnen hierbij helpen als de mogelijkheden in een algemeen ziekenhuis beperkt zijn.

Dit bericht is een samenvatting van een artikel in het ApneuMagazine.